Breeders Trust start bodemprocedure tegen Belgische overheid

Brussel, – 7 april 2011 – Breeders Trust heeft het Belgische ’Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen’ (FAVV) voor de rechter gedagvaard. In een bodemprocedure wenst Breeders Trust duidelijk te krijgen dat zij recht heeft op informatie van het agentschap over het pootgoedgebruik (met name ‘hoevepootgoed’) door Belgische landbouwers. “Met deze informatie lukt het beter om op een efficiënte wijze in België de kwekerslicenties te innen en te handhaven”, aldus Geert Staring, algemeen directeur van Breeders Trust te Brussel.

Het gebruik van nieuwe rassen met een kwekersrechtelijke bescherming waarover geen licenties worden afgedragen, is al jaren een doorn in het oog van de aardappelkweekbedrijven. Breeders Trust is speciaal opgericht door de zeven grootste Noord-Europese pootaardappelhandelshuizen om aan dit oneigenlijke gebruik van nieuwe aardappelrassen een einde te maken. Op internationale schaal houdt Breeders Trust zich al meerdere jaren bezig met het organiseren van bijeenkomsten om aardappeltelers en landbouworganisaties te informeren over de risico’s van het gebruik van niet-gecertificeerd pootgoed. Ook op landbouwbeurzen is de organisatie actief om voorlichting te geven over de rechten en plichten die een teler heeft binnen het Kwekersrecht.

Al vanaf 2009 heeft Breeders Trust de Belgische overheidsinstantie FAVV verzocht om op telersniveau informatie ter beschikking te stellen over de aardappelrassen welke door Belgische telers gebruikt worden. Breeders Trust beroept zich daarbij op het Kwekersrecht, waarbij de kweker het recht heeft deze informatie op te vragen om zodoende op een efficiënte wijze de licenties te kunnen innen en handhaven. Het gaat hierbij met name om het zogenaamde ‘hoevepootgoed’, dat door de landbouwers zelf geteeld en opgeslagen wordt en het jaar erop op het eigen bedrijf weer uitgeplant wordt. Voor dit ‘landbouwersvoorrecht’ is een afdracht aan de kweker verschuldigd. Kwekers investeren miljoenen euro’s om nieuwe rassen te ontwikkelen die aardappeltelers een meerwaarde bieden in opbrengst, gezondheid of kwaliteit. Wanneer een nieuw ras wordt opgenomen op de rassenlijst geniet het gedurende 30 jaar bescherming door kwekersrecht. Met de licentievergoeding kunnen de hoge investeringen worden terugverdiend en kunnen de kwekers onderzoek blijven doen naar de verbetering van rassen.

Het FAVV vraagt jaarlijks bij alle Belgische landbouwers op, welke rassen en welke oppervlakten pootaardappelen geteeld worden. Dit is van belang voor de beheersing van quarantaineorganismen en de fytosanitaire controle daarop. Om deze informatie te verkrijgen ten behoeve van de afdrachten van licentiegelden, steekt Breeders Trust zwaar in. ”Het is voor ons een principezaak”, aldus Geert Staring.

Een aantal rassen, waaronder het ras Asterix, valt onder de oude ‘Belgische kwekerswet’. Om informatie van het FAVV te verkrijgen, wordt voor deze rassen in de dagvaarding een beroep gedaan op de Wet openbaarheid van Bestuursdocumenten. De dagvaarding is voorgelegd aan de daartoe bevoegde Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel. De rassen die meer recent op de rassenlijst geplaatst zijn, vallen onder het ’Communautaire kwekersrecht’. Hieronder valt onder meer het ras Fontane. Deze dagvaarding is voorgelegd aan de Rechtbank van Koophandel te Brussel.

Naast genoemde acties heeft Breeders Trust afgelopen week ook een viertal Belgische telers en een opslaghouder gedagvaard. Breeders Trust beschikt over bewijzen dat er afgelopen jaren over grote hoeveelheden hoevepootgoed geen licentiegelden zijn betaald. “De betrokkenen kunnen een forse schadeclaim van de zijde van Breeders Trust tegemoet zien vanwege het mislopen van de licentiegelden, maar ook vanwege verstoring van de markt. En daarnaast ook voor de schade die de pootaardappelhandelshuizen hebben opgelopen vanwege het verlies aan exclusiviteit en afbreuk aan reputatie”, aldus Geert Staring